Lauw bier met een druppeltje mascara

“En, al gehuild vandaag?”

“Jazeker. Twee keer al. Eerst toen ik Sanne zag en daarna kwam ik je broer tegen.”

“Ah top, goed bezig. Dan kun je weer een uurtje vooruit. Hier, bier.”

Wie de kermis van dichtbij (als in: vastgeplakt tussen hossende mensen die allemaal hetzelfde parfum van verschraald bier delen) of van verderaf (als in: via dat vreselijke tv-programma genaamd Kermissen van Noord-Holland met beelden van hossende mensen die allemaal hetzelfde parfum van verschraald bier delen) heeft meegemaakt, die weet: het ís banaal. Bij vlagen. Het ís dansen op kuubkisten, bekijken en bekeken worden, ranzigheid in lijf en leden, te hard lachen om te stomme grappen, elkaar nóg een keer hallo zoenen (“Whoehoe, dag twee!”) en je afvragen of het nu per ongeluk of expres op de mond was, als volwassenen hand in hand over straat huppelen (looking at you, P en H), ontbijten met ijs (dorst) en chips (geef.me.zout), broekzakken met verschrompelde tientjes en halve muntjes en drie paracetamol, fotobonnetjes in je BH en de-hele-wereld-is-lief-behalve-die-ene-die-net-te-ver-gaat. Klopt. Helemaal waar.

Maar naast alle gekkigheid is het óók oprecht bijpraten, urenlange gesprekken want alle tijd, ervaringen delen, hardop tot inzichten komen, openhartig zijn, belangstellend bevragen, op elkaar letten, voor elkaar zorgen en…huilen dus, als het zo uitkomt.

“En, wat was de uiteindelijke score vandaag?”

“Vier keer.”

“Ah beter, één keer minder dan gisteren. Morgen een inhaalslag?”

“Ik ga m’n best doen.”

“Weltrusten.”

“Is er nog chips?”

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *