Over sofa’s en strafwerk

Dat je bij het eerste tienminuten-gesprek (het zijn er trouwens twintig, maar dat klinkt niet) van je vierjarige dochter zit en het tegelijkertijd is alsof je op de sofa ligt in de kamer van een psycholoog die je via een analyse 25 jaar terug in de tijd brengt. Niet voor niets noemt Peter haar met regelmaat ‘kleine Karen’. Prachtig natuurlijk, voor een groot deel. Ik ben tenminste niet geheel ontevreden met tot waar ik ben gekomen.

Ballonnen en bier

Van een weekendje Amsterdam naar een nieuwjaarsfeest. We weten zelf nog niet precies hoe het precies mogelijk is maar we zijn er na zestien jaar samen inmiddels aan gewend dat sommige ideeën hier in huis een compleet eigen leven gaan leiden en uitgroeien tot projecten van formaat.

Goede voornemens

Goede voornemens. Vaak vreselijke dooddoeners, al is het maar dat een zo’n algemeen vastgestelde datum volgens mij echt niet vaak dé manier is om een gewoonte waar je vanaf wilt plotseling te doorbreken dan wel een nieuwe gewoonte binnen een dag ineens heel gewoon te laten zijn.

Over doen en niet doen

Nu het weer zo lelijk is doet het me denken aan een keer dat we June in de bakfiets meenamen richting een etentje waarvan we al wisten dat het nachtwerk zou worden. Dus: slaaptentje mee (ze lag uiteindelijk in de badkamer. Ja, in die tent.), slaapzak mee, tandenborsteltje mee en gaan. Wat we niet wisten was dat de hel zou losbarsten precies op het moment dat wij op de fiets terug zaten. En dus waren wijzelf en June (die met slaapzak en al in het fietszitje vastgeknoopt zat) binnen de kortste tijd doorweekt – natuurlijk moesten we ook nog even wachten bij de spoorwegovergang zodat we zeker wisten dat elk stukje huid drijfnat zou zijn. Het was een uur of half twee ‘s nachts en June zat gierend van het lachen in haar stoeltje.

DOD#2 | De kaartjes

Het ‘datmoetjeopschrijven’-schriftje 2.0: vorig jaar verscheen in hippe webwinkels met hip design en veelal hippe verzendkosten een hippe glazen pot met hippe kaartjes waar je uitspraken-om-te-onthouden op kunt schrijven, met name voor het noteren van hilarische woordspelingen, knutselzinnen en lettergrappen van je kinderen (oké, ter voorbeeld kun je er eentje bekijken op de foto, maar de mate van leukheid is op eigen risico. Laten we wel wezen: het is vaak toch alleen echt grappig als het je eigen kind is of iets dat heel dicht daarbij in de buurt komt).

Over handen en voeden

Vanmiddag ga ik een paar uur eten uitserveren bij een locatie voor crisisopvang van vluchtelingen. Ben ik door dit te doen voorstander van het huidige regeringsbeleid? Ben ik van mening dat we oneindig veel asielzoekers moeten opvangen? Of (écht gesuggereerd): ben ik dan de eerste ‘die ze net zo goed ook wel in huis kan nemen’? Is dat wat een paar uur je handen uit de mouwen steken in feite betekent? Betekent dit dat ik ontegenzeggelijk links stem (en wat is dat tegenwoordig dan?) en/of een naïeve idealist ben? (Vooruit, laat ik één vraag vast beantwoorden: dát ben ik in elk geval niet). Betekent mijn invulling van deze middag dat ik eigenlijk vind dat iederéén zich zou moeten aanmelden als vrijwilliger?

Blog voor LittleCool: Nog een paar weken…

… dan gaat onze oudste naar de basisschool. Hoe dichterbij haar vierde verjaardag komt, hoe langer het lijkt te duren. We hebben al kennisgemaakt met juf, veel vriendjes van de peutergroep gingen haar al voor en om de dag vraagt er wel iemand ‘ben jij al bijna vier?’. En dan volgt steevast het enthousiaste ‘ooooh, dus dan mag je al bijna naar de basisschool?’.

Nazomeren

Ken je ze? Van die héérlijk lange nazomerse zondagen…waarop de zon volop schijnt en niets moet of hoeft? Waarop je gewoon thuis bent met de kinderen en de agenda leeg is? Zo’n dag waarop alles tot de mogelijkheden behoort en waaraan geen einde lijkt te komen? Ja?

Aardappels en patat

Deze zomer hadden we gekozen voor tien dagen vakantiepark-perfect-voor-jonge-gezinnen. Yeah, dat zijn wij. Een echte doelgroep zoals de reclame, met Peter die op een zonnig bospad idyllisch achter een peuterfietsje aanrent zonder te hoeven schreeuwen van ‘stoooohooop!’ en dat ik dan met gelukzalige glimlach een buggy duw terwijl mijn zoon rustig zit en niet probeert om onder de riem uit te komen – afijn, ik dwaal af.

Hapjes en hoofdpijn

Tien uur ‘s ochtends op zaterdag. We vieren Aarons eerste verjaardag. Opa en oma zijn gearriveerd. Nadat het is gelukt om de taartjes-met-foto-van-Aaron, het cadeaumoment en de taart-met-kaars op de foto te zetten hang ik nu als een dweil over de eettafel. Rechtop zitten is al geen optie meer, hoewel ik nog een soort van probeer een gesprek te voeren en vrolijk te reageren op June. Fikse hoofdpijn. Top. (Het woord migraine gebruik ik trouwens bijna nooit. Iets met een struisvogel en politiek).

Spaanse schoentjes en stiletto’s

M’n vader stuurde van de week een artikel door over kinderen en paaldansen (of pole fitness). Deed -ie- niet zomaar natuurlijk. Naja, wel met een reden maar niet van levensbelang. Neuh, hij stuurde het door omdat ik zelf sinds een poosje in zo’n paal hang. En dan is ‘hangen’ in dit geval het meest neutrale woord dat ik voor mijn handelingen in en om die paal kan bedenken. Met dansen heeft het de eerste tijd in elk geval weinig tot niks te maken. Met die paal vaak ook niet, gezien het aantal keren dat je misgrijpt, valt, struikelt of anderzijds stuntelend probeert een move uit te voeren.

Kots met krenten

Er valt nog veel te leren. Over ‘t leven in het algemeen. Over kots in ‘t bijzonder. Kotsen, ja. Ik heb nog even overwogen om spugen of overgeven neer te zetten, maar dat kwam gewoonweg niet in de buurt. Met drie lessen in twee weken heb ik mijn kotscertificaat in elk geval binnen.