Sinds een paar dagen hangt er een gespannen sfeer in ons dorp. Mensen lopen elkaar schichtig voorbij en lopen zo snel mogelijk van A naar B. Hier en daar wordt nog wel kort een praatje gemaakt, maar ondertussen kijkt men alert om zich heen. Voorbijgangers waarschuwen elkaar op gedempte toon: “Pas op, er loopt een boa rond”… Het duurde even voordat ik begreep wat er aan de hand was. Noem het naïef, dom of onwetendheid (of een combinatie hiervan), maar ik had eerder geen idee dat de letters boa staan voor buitengewoon opsporingsambtenaar. En dat ik blijkbaar de enige ben die deze belangrijke informatie had gemist. En dat ik blijkbaar mijn doen en laten het beste per direct kon aanpassen naar ‘boa-alert’. Inmiddels heb ik snel bijgeleerd.
Zo weet ik nu: iedereen vervloekt de boa. En: de aanwezigheid van de boa versterkt het gevoel van saamhorigheid in de buurt. Want niemand houdt ervan terechtgewezen te worden of een bekeuring te krijgen, dus we kraken gezamenlijk het werk van de boa af (met zo nu en dan een persoonlijke sneer als ‘vroeger zeker geen barbiepop gekregen van de Sint, die vrouw ’). Ik heb ook gemerkt dat de boaperikelen leiden tot een hier en daar hypocriete discussie. Want ik ken weinig mensen die het leuk vinden als de hond van de buren precies voor hun voordeur poept, of die zich niet ergeren aan roekeloos rijdende fietsers in het winkelcentrum. En zo leerde ik ook meteen wat over mezelf, qua meten met twee maten. Zo irriteer ik me inderdaad als er een fietser tegen mijn hiel aanrijdt in het winkelcentrum (of eigenlijk: ik irriteer me sowieso als een fietser tegen me aanrijdt, maar dat terzijde). Ik fiets daarom zelf ook niet in het winkelpad. Daarentegen laat ik wel mijn hond los in het park. Hoe moet dat beest anders zijn energie kwijt? Daarbij let ik erop dat mijn hond niemand lastig valt. Andersom zijn er mensen die zeggen altijd voorzichtig te fietsen waar mensen lopen, maar dat ze het zo irritant vinden als een hond z’n tanden in hun fietstas zet (kan ik inkomen).
En wat maakt het nog meer hypocriet? Die boa is (deels) gekomen op verzoek van de burger. Opmerkingen als “kan er niet eens wat meer toezicht komen?” en “iedereen doet tegenwoordig maar wat -ie- wil” zijn bij de gemeente veelgehoord. We zijn allemaal blij als overtreders worden aangepakt (‘aso’s’). Behalve als we het zelf zijn (‘ja, maar…’). Bij voorkeur willen we dus een boa die de buren berispt voor parkeren in openbaar groen (met twee banden op een grasveld: 70 euro), maar die niet kijkt naar ons eigen rubberbootje dat illegaal in de gemeentevijver ligt.
Wellicht is het een idee om elke burger een paar ontheffingen te geven. Bijvoorbeeld: je mag drie overtredingen kiezen die voor jou niet gelden. In de vorm van: wie graag zo nu en dan een propje papier op straat gooit krijgt daarvoor geen boete, maar die persoon mag niet fout parkeren. En wil je per se met je auto op de stoep kunnen staan, dan mag je geen vuil verstoken in je achtertuin. Dat je dus achter je naam drie overtredingen mag zetten die niet op jou van toepassing zijn. Net wat in jouw geval het beste uitkomt. Dan houden we iedereen tevreden, toch? En tot het zover is, leer ik mijn hond om zich op commando snel in de bosjes te verstoppen. “Een hond? Van mij? Nee, hoor”.
Deze blog is eerder gepubliceerd op www.publiekezaak.nl.